"Onder de mannen die naar zee gaan bevinden zich de zeevaarders die nieuwe werelden ontdekken en die continenten aan de aarde en sterren aan de hemel toevoegen ; dat zijn de meesters, de groten, de onsterfelijken.
Dan heb je de mannen die verschrikking spuwen door hun geschutpoorten, die plunderen, die rijk en vet worden.
Weer anderen trekken erop uit om goud en zijde te zoeken onder vreemde luchten.
En nog weer anderen vangen zalm voor de fijnproever of kabeljauw voor de arme.
Ik ben een nederige, geduldige parelvisser die in het diepste water duikt en bovenkomt met lege handen en een blauw gezicht. Ik zal mijn leven lang uitkijken over de oceaan van de kunst, waarop anderen reizen of vechten ; en van tijd tot tijd zal ik mezelf vermaken door te duiken naar die groene en gele schelpen die niemand wil hebben. Dus zal ik ze zelf houden en er de muren van mijn hut mee bedekken."
Gustave Flaubert
Uit : 'Flaubert's papegaai' (Julian Barnes)
Dit tekstje illustreerde mijn 'Zeerovertentoonstelling' in de Pacific, Antwerpen, in 1993.